Overgenomen uit Dagblad De Stentor, regio Epe | Door: Floris Brandriet 01 juni 2019

Ronald Groen kwam op 3 november 2007 om het leven in Uruzgan. Hij was 21 en mocht bijna naar huis. Zijn ouders hebben er nooit publiekelijk over willen praten. Hans en Wilma Groen hadden genoeg aan hun eigen verdriet en bleven liever op de achtergrond. Tot nu. Met dochter Miranda aan hun zijde vertellen ze hoe alles die dag veranderde.
,,Er is een leven voor die tijd, en een leven na die tijd.’’ En hoe ze naar Afghanistan afreisden om, in het grootste geheim, de laatste voetsporen van hun omgekomen zoon te zoeken.
Hans Groen (66) zegt het meteen eerlijk: hij heeft er wakker van gelegen dat er een journalist op bezoek komt. Want na elf en een half jaar zit het nog altijd diep. Het verlies van hun zoon uiteraard, maar ook hun houding tegenover de media. Op de zaterdag in 2007 dat ze het onheilspellende bericht kregen, vluchtte de familie noodgedwongen haar huis uit, omdat ze hoorden dat Hart van Nederland en de Telegraaf door Epe liepen. ,,Het voelde alsof ze op jacht waren naar ons.’’ ,,In het pikkedonker zijn we gewoon maar gaan lopen’’, vertelt Wilma (60).
Commandant der strijdkrachten Dick Berlijn had die ochtend al op de televisie verteld dat de korporaal uit Epe om het leven was gekomen in Uruzgan. Met zijn Fennek verkenningsvoertuig was Ronald op een bermbom gereden. Twee andere inzittenden raakten gewond. Een gebeurtenis die een grote bres sloeg in het leven van de familie Groen.
“Het peloton vertelde ons later dat ze dagelijks de kogels om de oren hebben gehad. Het was daar gewoon oorlog.” (zus Miranda)
Maar nu er ter ere van hun zoon in Epe een sportdag wordt georganiseerd stellen ze hun huis gastvrij open. Labrador Max verwelkomt het bezoek een tikje argwanend, maar vol enthousiasme. Wilma heeft koffie en thee klaar en zet bastognekoeken op tafel. Ook dochter Miranda (35) komt erbij. Aan de muur hangt een foto van haar drie zoons; zeven, acht en tien jaar oud. Ze hebben hun oom Ronald nooit gekend, maar vragen hun moeder regelmatig naar hem. En als de jongens bij opa en oma op bezoek zijn, willen ze de baret van Ronald uit de vitrinekast opzetten. ,,Natuurlijk mag dat’’, zegt Wilma dan. ,,Die jongens kunnen toch niks doen aan wat er is gebeurd?’’

Geboren militair
Ronald en Miranda waren twee handen op één buik, vertelt ze. Broer en zus groeiden op in dit huis aan de rand van een woonerf in Epe. Warme herinneringen aan koude winters komen boven. Hele dagen waren ze op de ijsbaan te vinden, om tussendoor snel een kop warme chocolademelk te drinken bij opa en oma. Ronald bleek een getalenteerd schaatser. Hij nam het nog op tegen de broertjes Mulder uit Zwolle, en tegen Wouter Olde Heuvel. Maar hij bleek in de wieg gelegd om militair te worden. ,,Ik heb de dienstplicht vervuld en had nog een plunjezak liggen’’, vertelt Hans. ,,Daar mocht hij graag in rommelen.’’ Verkleed in zijn vaders kloffie ging Ronald dan naar buiten.
“We moesten Ronald in Havelte afzetten, vanaf daar gingen ze met de bus. Dat was de laatste keer dat we hem hebben gezien. Het was verschrikkelijk”. (Moeder Wilma Groen)
,,Als jochie van een jaar of veertien moest hij eens een werkstuk maken en toen is hij op een vrije middag naar de Legerplaats bij Oldebroek gefietst. Hij wilde naar het museum, maar dat was gesloten. Aan de poort vonden ze het echter zo bijzonder dat hij daar stond, dat hij een persoonlijke rondleiding heeft gekregen.’’ Vanaf dat moment was het duidelijk wat Ronald wilde: militair worden.
Leeg nest
Direct nadat hij op 8 september 2004 achttien werd, ging Ronald in dienst. Voor moeder Wilma was dat wel even slikken, want Miranda was al gaan samenwonen en nu ging haar zoon ook het huis uit. ,,Ik had echt wel last van het lege-nestsyndroom’’, bekent ze. Maar Ronald kwam wel elk weekend thuis. Eerst vanuit Assen, later vanuit Havelte. Met een zak vol was. ,,Ik moest echt zorgen dat ik op vrijdagavond mijn eigen was klaar had, want dan kon ik meteen zijn kleren doen.’’
De bijzondere band tussen broer en zus bleef. Wilma: ,,Elke vrijdag ging hij eerst naar Miranda toe. Daar was geen speld tussen te krijgen. We waren heel trots dat het zo goed ging met die twee.’’ Miranda: ,,We gingen echt als vrienden met elkaar om. Daar heeft mijn man het in het begin wel moeilijk mee gehad…’’
Het duurde niet lang voordat duidelijk werd dat de 43 Gemechaniseerde Brigade uit Havelte, waar Groen als korporaal deel van uitmaakte, naar Afghanistan zou gaan. Een jaar lang werkte de verkenningseenheid toe naar de uitzending. Hans: ,,Het zou een opbouwmissie zijn, maar zo gaandeweg hadden we wel in de gaten dat het meer was.’’ Miranda: ,,Het peloton vertelde ons later dat ze dagelijks de kogels om de oren hebben gehad. Het was daar gewoon oorlog.’’
Spanning
Het afscheid van Ronald, in Havelte, viel ze dan ook zwaar. ,,13 juli 2007’’, zeggen moeder en zus in koor. Miranda: ,,Dat is echt een beroerd moment geweest. Dat vergeet je niet meer. We moesten Ronald in Havelte afzetten, vanaf daar gingen ze met de bus. Dat was de laatste keer dat we hem hebben gezien. Het was verschrikkelijk.’’ ,,Echt een rotmoment’’, vult Wilma aan. De dag ervoor was de Nederlandse militair Tom Krist overleden aan de gevolgen van een aanslag in Afghanistan, de sfeer was verre van uitgelaten. ,,Het werd voor ons steeds spannender’’, zegt Hans. ,,En voor die jongens zelf ook, dat kon je wel zien.’’ Ronald praatte er niet over, maar zijn ouders en zus zagen de spanning op zijn gelaat.
We lagen nog in bed, toen er iemand aanbelde. Hij vertelde wel dat er iets aan de hand was met Ronald, maar dan ga je nog niet van het ergste uit. (Moeder Wilma)
Hans en Wilma hadden bijna dagelijks contact met hun zoon in Kamp Holland. Het was dubbel, want Ronald vertelde dat alles goed ging, maar zijn familie wist wel beter. Wilma: ,,Je wilt het wel geloven, maar je kunt er niks mee. Want ze mochten niks zeggen.’’ Soms belde Ronald en vrijwel dagelijks liet hij via msm van zich horen. ,,Alleen die laatste keer niet’’, vertelt Miranda. ,,Toen vertelde hij dat hij een tijdje geen contact kon opnemen…’’

Horrorfilm
Op 3 november 2007 reed de eenheid van Ronald Groen terug naar Kamp Holland. Daar zouden ze zijn promotie tot korporaal der eerste klasse vieren. Maar zover zou het nooit komen. Ronald bestuurde het voorste voertuig, een Fennek, en reed op een geïmproviseerde bermbom. De 21-jarige korporaal overleed ter plekke, twee andere inzittenden raakten zwaar gewond. In Nederland was het nog midden in de nacht, maar werden meteen alle protocollen in werking gezet. Een maatschappelijk werker stapte in zijn auto en reed in het donker naar Epe.
“Tussen al die hooggeplaatste militairen had je bijna niet in de gaten dat het om je eigen kind ging. Je voelt je niet op je gemak.” (Vader Hans Groen over de begrafenis)
Wilma haalt nog eens diep adem, terwijl Hans vertelt: ,,We lagen nog in bed, toen er iemand aanbelde. Hij vertelde wel dat er iets aan de hand was met Ronald, maar dan ga je nog niet van het ergste uit.’’ Tien minuten later was ook Miranda bij haar ouders en kwam het hoge woord eruit. ,,Ongeloof. Je denkt: het is niet waar’’, zegt zij. Haar vader: ,,We hebben hem na die tijd nooit kunnen zien. Hij was zo ernstig verminkt, dat ze dat ons ontraden hebben. Dan heb je nog het gevoel dat het een droom is…’’ ,,…een hele slechte horrorfilm’’, zegt Wilma. ,,In je hoofd weet je wel beter’’, zegt Hans, ,,maar je denkt: hij staat zo weer voor de deur.’’ Miranda: ,,Je denkt dat gebeurt een ander. Hij zou over vier weken thuis komen…’’
Roes
Ze belanden die ochtend in een roes, waar ze uiteindelijk misschien wel jaren in zouden blijven. Miranda: ,,Om 10.30 uur zou CNN zijn naam bekendmaken, dus mijn vader en ik zijn met een maatschappelijk werker gauw naar de oma’s gereden – en ooms en tantes – om het te vertellen.’’
Om elf uur leest Dick Berlijn, toen de hoogste Nederlandse militair, op nationale televisie de naam Ronald Groen voor. ’s Avonds ontvluchten Hans en Wilma, Miranda en haar (toen nog) vriend Wouter het huis. ,,We zijn in het pikkedonker gewoon gaan lopen. Urenlang. Daardoor zijn we altijd afwijzend geweest tegen de pers. Ook omdat we het vervelend vonden dat ze andere mensen lastig vielen. Wij wilden niet dat anderen er ook nog last van hadden.’’
Kist
Op zondag komt de burgemeester langs en volgt de vraag hoe Ronald begraven moet worden. Ze kiezen voor ‘beperkte militaire eer’. ,,Want de begrafenis moest ook van ons zijn.’’ Acht militairen begeleiden op dinsdag de kist van Ronald, via Dubai naar Eindhoven. ,,Tussen al die hooggeplaatste militairen had je bijna niet in de gaten dat het om je eigen kind ging’’, zegt Hans. ,,Je voelt je niet op je gemak.’’ In Epe wordt Ronald Groen de dinsdag erna begraven op de begraafplaats Norelbos. Wilma: ,,Er is een leven voor die tijd, en een leven na die tijd.’’

Een week na de begrafenis gaan Hans en Miranda weer aan het werk, op het hoofdkantoor van Wibra in Epe. In mei 2008 trouwt Miranda met haar Wouter, zoals al gepland was. Broer Ronald zou die dag getuige zijn. ,,Hij heeft mijn jurk nog gezien.’’ Maar in plaats daarvan komen de acht militairen die zijn kist begeleidden. ,,Dat vond ik heel mooi’’, zegt moeder Wilma. ,,Maar ik had liever gehad dat Ronald erbij was geweest…’’
Familie Groen over Uruzgan-missie: ‘Ze zijn niet eerlijk geweest’
De familie Groen heeft nog altijd het idee dat van de missie in Uruzgan een verkeerd beeld werd geschetst. Hans Groen: ,,We hadden in Nederland geen idee in wat voor wereld ze daar terecht kwamen. Hoe gevaarlijk het was.’’ Miranda: ,,In 2007 was het zeker geen wederopbouwmissie. In dat jaar zijn geloof ik de meeste slachtoffers gevallen, dat was niet voor niks. Dat het gebeurd is, kan je niet veranderen. Maar de overheid is niet eerlijk tegen ons geweest. Dat heeft ons heel lang dwarsgezeten. Er gingen allerlei artiesten naar Kamp Holland, maar het was daar oorlog! Het is een vervelend gevoel dat je daar iemand naartoe hebt gestuurd, die echt niet in de gaten had hoe gevaarlijk het daar was. Op die leeftijd…’’ Hans: ,,Hadden ze die jongens niet iets minder enthousiast moeten maken?’’ Voor Ronald had het echter geen verschil gemaakt, zegt zijn zus. ,,Hij was op en top militair. Hij was toch wel gegaan, maar dan was het voor ons een eerlijker gevoel geweest.
Kamp Holland
Begin 2010 valt het kabinet-Balkenende IV en wordt duidelijk dat Nederland zich terugtrekt uit Afghanistan. Een Defensiewoordvoerder vangt van Hans Groen op dat hij graag nog naar Afghanistan wil, om letterlijk in de voetsporen van zijn zoon te kunnen lopen. In het diepste geheim wordt mogelijk gemaakt dat het echtpaar, met enkele andere nabestaanden, naar het inmiddels leegstaande Kamp Holland gaat. In september 2010 vliegen ze met een Hercules van Defensie naar Kandahar, om van daaruit met een Chinook verder te vliegen. ,,Dat was ontzettend spannend’’, memoreren ze. ,,Twee Apache-gevechtshelikopters vlogen voor ons uit om te kijken of het wel veilig was.’’

In Kamp Holland slapen vader en moeder in de container waar hun zoon ook verbleef, eten ze in de eetzaal waar hun zoon had gegeten. ,,Ik wilde alles meemaken’’, zegt Hans. ,,Zette speciaal de wekker om te kunnen zien hoe de zon daar op komt.’’ Een paar dagen verblijven ze in het kamp, de reis maakt een diepe indruk op het echtpaar. Ze mogen een plaquette meenemen, die in Kamp Holland stond ter ere van hun zoon. Ook die staat nu in een vitrine in de woonkamer in Epe. Net als de baret van Ronald en een Afghaans hoedje dat hij voor zijn vader had gekocht. ,,Dat zat in zijn plunjezak die mee terug kwam.’’

Twin Towers
Miranda moest de reis naar Afghanistan laten schieten, omdat ze zwanger was van haar tweede zoon. Maar een maand of twee later ging ze wel met haar ouders naar de Verenigde Staten. Die reis hadden ze ook al geboekt. Vader, moeder en zus wilden per se naar Ground Zero in New York. De plek waar de Twin Towers stonden en waar de oorlog begon die hun Ronald uiteindelijk het leven kostte.
Het blijft een gemis’’, zegt Miranda, ,,maar we willen door.’’ Haar vader: ,,Bij elk feest denken we: het had anders moeten zijn.’’
De cirkel was daarmee nog niet rond. Toen Hans Groen na de ramp met de MH17 in 2014 zag hoe de vele slachtoffers met groot en indrukwekkend ceremonieel vanuit Eindhoven over de Nederlandse snelwegen werden vervoerd, gelijk hun zoon zeven jaar daarvoor, knapte er iets in hem. ,,Ik kon helemaal niet meer slapen. Ben toen een maand of drie, vier de weg kwijt geweest. We probeerden altijd maar door te gaan, maar toen ben ik zelf een beetje doorgedraaid.’’
De cirkel van de familie Groen wordt ook niet rond. Want een cirkel waar een stukje uit mist, kan nooit meer rond worden. ,,Het blijft een gemis’’, zegt Miranda, ,,maar we willen door.’’ Haar vader: ,,Bij elk feest denken we: het had anders moeten zijn.’’ ,,Dat is een ding wat zeker is’’, besluit moeder Wilma, ,,Maar we willen ook door. En dat doen we ook. We houden de benen d’r onder.’’
Hoe zat het ook alweer met de missie in Uruzgan?
Nederlandse militairen waren van 2006 tot en met 2010 actief in de Afghaanse provincie Uruzgan, voor wat een trainingsmissie werd genoemd. Aanleiding was een verzoek van de NAVO aan Nederland om bij te dragen aan de wederopbouw van het land, nadat de Verenigde Staten en haar bondgenoten het Taliban-regime ten val hadden gebracht. Een van de belangrijkste taken was het trainen van Afghaanse militairen en politieagenten. ‘Hiermee zijn goede resultaten geboekt’, stelt de Rijksoverheid op haar website. ‘Ook heeft Nederland een bijdrage geleverd aan onder meer de verbetering van onderwijs, gezondheidszorg, positie van vrouwen, infrastructuur, plattelandsontwikkeling en private ontwikkeling.’
Maar er is ook kritiek, omdat de uitzending al snel meer weg heeft van een vechtmissie. Op 20 april 2007 is Cor Strik de eerste Nederlandse militair die door gevechtshandelingen om het leven komt. Epenaar Ronald Groen is het twaalfde slachtoffer van de missie in Afghanistan. Na hem laten nog eens dertien Nederlandse militairen het leven in Uruzgan. In februari 2010 valt het kabinet Balkenende IV over verlenging van de missie, waarna de Nederlandse bijdrage aan de ISAF-missie op 1 augustus 2010 officieel wordt beëindigd.
Herdenken
Met de twee andere militairen die bij Ronald Groen in de Fennek zaten, hebben zijn ouders nog altijd contact. Het peloton komt daarnaast elk jaar op 2 november bijeen in Havelte. ,,Dan houden ze een kleine plechtigheid bij de kazerne.’’ De dag erna gaan ze naar Epe. Hans Groen: ,,Drinken we een kop koffie en gaan dan samen naar het graf. En daarna doen we gezamenlijk een broodmaaltijd. Voor die jongens is het een hele moeilijke dag, voor ons is het een hele moeilijke dag. We vinden het na bijna twaalf jaar nog steeds heel fijn om het samen zo te doen.’’
Op 4 mei gaat de familie Groen steevast naar de begraafplaats, waar de Nationale Dodenherdenking een andere lading heeft gekregen. Miranda: ,,Het komt dichter bij jezelf. We hielden altijd al twee minuten stilte. Nu doe je het voor je broer.’’
Ronald Groen Sportdag
Op vrijdag 7 juni wordt in Epe voor het eerst de Ronald Groen Sportdag gehouden bij atletiekvereniging Cialfo. Dat idee bestond al langer, maar de familie Groen was er voorgaande jaren nog niet klaar voor. Initiatiefnemer is Epenaar René Blok, de organisatie is in handen van studenten van Landstede Sport in Zwolle. ‘Militairen voor de klas’ van het Veteranen Instituut uit Doorn staan ’s morgens voor de klas op de Gildeschool, waar Ronald ook les kreeg. Ook militairen van naburige kazernes ondersteunen de dag.
Vader Hans vindt het een mooi initiatief, waardoor mensen zich de naam van zijn zoon blijven herinneren. ,,Dat ze er bij stilstaan dat er een Epenaar is geweest, die voor de vrede…’’ ,,…zijn leven heeft gegeven’’, vult dochter Miranda aan. ,,En niet alleen Ronald’’, hervat Hans. ,,Ook anderen die er lichamelijk of geestelijk iets aan over hebben gehouden.’’

Dit artikel is overgenomen uit Dagblad De Stentor regio Epe van 1 juni 2019
